door Ity Busstra-te Velde

Tussen de huizen en wegen op zoek gaan naar natuur? Het boek ‘Leuke Groene Dingen Doen’  van uitgeverij Jan van Arkel neemt je mee naar buiten en geeft je in vier thema’s inspiratie mee om buitenervaringen op te doen in een stedelijke omgeving. Want natuur is, zo blijkt, overal.

Het boek begint met een korte inleiding over de klimaatveranderingen en wat je zelf daarin kunt doen, waarom het zo belangrijk is om naar buiten te gaan, ook al is een natuurlijke omgeving niet direct te vinden en hoe dat veilig kan in de stad. Het wordt begeleidmet inspirerende foto’s die gelijk al laten zien dat de stad ook genoeg te bieden heeft aan natuur. Het vraagt om aandacht voor details te hebben en hoe je door anders te kijken overal natuur kunt zien. 

Kinderen worden uitgenodigd om een natuurtas bij zich te hebben waar de eerste benodigdheden in zitten voor een geslaagde tocht en een natuurdagboek bij te houden waar ze hun bevindingen in kunnen schrijven. Niet alle activiteiten in het hoofdstuk ‘In park en tuin’ hebben per se direct met natuur te maken, het laat ook zien hoe je fijn buiten kunt spelen waarbij je de natuur betrekt bij het spel. Van het inrichten van plekjes tot spelletjes en diertjes verzorgen.

Het hoofdstuk ‘Op pad in de stad’ laat je kennis maken met dieren, bomen en planten die in de stad voorkomen. Duidelijke beschrijvingen en foto’s geven veel ideeën mee zoals een sporenoverzicht waarmee je op ontdekkingstocht kunt gaan, een kaart met weerstypen en tips voor nachtelijke avonturen. De afvinklijst kan gebruikt worden om voor jezelf te bekijken wat je nog wilt beleven in jouw stadsavontuur.

Na het hoofdstuk ’Knutselwerken’, dat bomvol leuke en toegankelijke groene creatieve voorbeelden staat, gaat het laatste deel van het boek over ’Recepten’. Een ultieme ervaring kan het voor kinderen zijn als blijkt dat natuur ook eetbaar is bijvoorbeeld in een smoothie, in jam en in boter of dat je planten kunt gebruiken om er zalf van te bereiden en dat dat dus zomaar voor je voeten groeit. 

‘Leuke Groene Dingen Doen’ is een mooi verzorgd boek met veel inspirerende foto’s in kleur, kleine tips in de kantlijn maken dat je even geattendeerd wordt op details. Tussendoor staan ervaringsverhalen over wat natuur met je doet als kind, wat het boek ook heel persoonlijk maakt. Mooi is dat er ook aandacht is voor stilte, iets wezenlijks in de natuur. Al met al een rijk boek waarmee je in contact wordt gebracht met de natuur in je directe omgeving, of dat nu onder je voeten of boven je hoofd is. 


Kijk HIER naar een aantal voorbeeldpagina’s van het boek.

Met vriendelijke groene groet,

Ity Busstra-te Velde

www.dekleinetuinman.nl
ity@dekleinetuinman.nl

door Fabian Brökelmann

Een compact handboek voor iedereen die bezig is met uitdagend speelplezier

Dit boek is een uitstekende en inspirerende inleiding voor mensen die interesse hebben in het thema veiligheid van speelomgevingen. Ook voor de wat meer ervaren inspecteur heeft het waarde als naslagwerk en als leidraad voor een volledige inspectie. En tenslotte zou ik het boek door zijn compactheid en toegankelijkheid zelfs aan uitbaters van speelterreinen aanbevelen die zich willen verdiepen in de materie of streven naar een gelijkwaardiger relatie met de inspecterende instanties – het is helaas toch nog vaak te zien dat de inspecteurs een klant ‘de norm’ of ‘de wet’ om de oren slaan en de klant vervolgens alles klakkeloos overneemt. 

Stap voor stap wordt de ‘droge’ materie omtrent de normenreeks EN 1176 uitgelegd en toegelicht. 

Want een speelomgeving kan best complex zijn gezien de beoordeling op risico’s. Door langzaam van begripsdefinitie naar toegankelijkheid naar gevaren naar specifieke toestellen steeds dieper in de materie te duiken worden de veiligheidsvereisten in de norm begrijpelijk en kan de lezer uiteindelijk een onderbouwd oordeel geven over het veiligheidsniveau van een bepaalde speelomgeving.

Geschreven is dit boek om het verouderde ‘handboek veiligheid van speelterreinen’ (3de editie) te vervangen. De nieuwe gids is minder omvangrijk, maar daardoor misschien wel attractiever om regelmatig te gebruiken als gereedschap. Het compacter maken heeft grote voordelen – maar brengt ook mee dat bepaalde onderdelen minder aandacht krijgen zoals de (methodiek van de) risicoanalyse.

De missie van de auteur is om de competentie van de inspecteurs te verhogen. Hiervoor is niet alleen de kennis nodig die hij in het boekje deelt, maar ook expertise die een inspecteur alleen in de praktijk kan opdoen. Verwacht dus niet dat je na het lezen een competente inspecteur bent. Maar je bent wel geïnspireerd om zelf expertise op te doen! De kennis die het boek deelt door commentaar en toelichting op de feiten uit de normenreeks EN 1176 zorgt ervoor dat je geen knecht van de getallen wordt die in de norm staan, maar dat de norm een uitstekend tool wordt waarmee jij je doel kan bereiken: zorgen voor een speelomgeving die kinderen uitdaagt en helpt om zich te ontwikkelen zonder dat ze hierbij zijn blootgesteld aan risico’s die niet aanvaardbaar zijn. 

De (ongeduldige) lezer die nog niet bekend is met de materie zal misschien geneigd zijn om het intro van 20 pagina’s over te slaan, maar als je meer begrijpt van de materie dan snap je steeds beter waarom het belangrijk is om de achtergrond van normen en van de hele veiligheidsdiscussie te kennen voordat je een norm (als gereedschap) gebruikt.

Wie de auteur al live gehoord heeft weet dat zijn afkeer tegen het blind opvolgen van regels regelmatig naar voren komt. In de (intro) tekst is hij hiermee iets terughoudender dan in een lezing, maar gelukkig zorgt deze zelfbewuste attitude nog steeds voor een verfrissende sfeer die de lezer ook uitdaagt om zelf stelling in te nemen. De realiteit is immers niet zwart – wit. En ook de norm wil dus niet blind gevolgd worden maar genuanceerd begrepen en gebruikt als gereedschap.

De illustraties zijn leuk en duidelijk. Het layout is voor mijn smaak een beetje wild, maar door het consequente gebruik van drie kleuren is het geheel wel overzichtelijk en vindt men uiteindelijk goed de weg naar de gezochte informatie. 

De uitvoering als ringband is niet allee handig om het in het veld te gebruiken. Dit boek straalt daarmee ook de sfeer van gereedschap en werk uit.

Uitgegeven is het boek door Speelom, onderdeel van het Belgische Kennis- en Expertisecentrum ‘Kind & Samenleving’. Wat de nationale wetgeving betreft vertrekt de gids van het Belgische model. De essentie van het boek gaat echter om de Europese normenreeks EN 1176 die in Nederland hetzelfde doel moet ondersteunen dan bij onze zuiderburen: speelomgevingen te realiseren waarin kinderen al spelend fysieke, sociaal-emotionele, zintuiglijke, cognitieve en communicatieve vaardigheden kunnen ontwikkelen zonder onaanvaardbare risico’s te lopen.

Een addendum dat ingaat op aspecten van de Nederlandse wetgeving is in de maak.

Bestellen kun je het boek hier: https://k-s.be/publicaties/

Anneke Rodenburg beschrijft hierin de belangrijkste aandachtspunten voor een goed ontwerp van een natuurlijke speelplek.

Groen in speelplekken is belangrijk voor de gezondheid en ontwikkeling van kinderen. Het is voor ontwerpers een uitdaging om een speelplek origineel, verrassend en uitdagend te ontwerpen, en daarnaast te zorgen voor een aantrekkelijke omgeving met enig overzicht, structuur en veiligheid. Als dat lukt, dan is dat direct merkbaar aan de hoeveelheid kinderen en (groot)ouders die, weer of geen weer, op de speelplek te vinden zijn!