Nieuw onderzoek gestart naar hoe een schoolplein idealiter ingericht kan worden ter ondersteuning van de ontwikkeling van kinderen, biodiversiteit en klimaatbestendigheid

Steeds meer scholen in Nederland kiezen voor een groen schoolplein. Een goed ingericht groen schoolplein kan bijdragen aan de gezonde ontwikkeling van kinderen, biodiversiteit en klimaatbestendigheid. Het groen wordt echter nog niet altijd optimaal ingezet op het schoolplein wat mogelijk ten koste kan gaan van de positieve effecten.  Zo heeft het groen op het schoolplein vaak vooral een esthetische waarde maar kunnen kinderen niet met het groen spelen. Ook wordt er soms gekozen voor kunstgras wat niet bijdraagt aan de biodiversiteit of klimaatbestendigheid of wordt er gekozen voor speeltoestellen met een natuurlijk uiterlijk wat in essentie geen betere speelwaarde heeft dan de speeltoestellen van metaal.

Om scholen, leerkrachten, hoveniers en ontwerpers te ondersteunen bij het optimaal ontwerpen van groene schoolpleinen zijn we afgelopen juni gestart met een driejarig onderzoeksproject. Binnen het project wordt een kwaliteitstool ontwikkeld die beschrijft aan welke aspecten een groen schoolplein moet voldoen om de ontwikkeling van kinderen, biodiversiteit en klimaatbestendigheid optimaal te stimuleren. Na de ontwikkeling van de kwaliteitstool, wordt de inzet van groen op groene schoolpleinen in Nederland getoetst met de kwaliteitstool en wordt er scholing ontwikkeld die bedoeld is om geïnteresseerde te leren hoe een groen schoolplein optimaal ingericht kan worden en aandacht besteed aan achterliggende theoretische grondslag van de gekozen inrichtingsopties. 

Het is onze missie om een kwaliteitstool te ontwikkelen die zowel scholen, hoveniers als ontwerpers ondersteunt in het ontwerpen van een groen schoolplein zodat het groen optimaal ingezet gaat worden. Om dit te bereiken werken wetenschappers van de Vrije Universiteit, Hogeschool Leiden, Wageningen Universiteit en Research en InHolland Rotterdam samen met partners met ontzettend veel praktijkervaring en kennis. Betrokken bij dit project zijn Stichting de Groene Stad, Snoek hoveniers, IVN, Stichting Springzaad, Groen onderwijs centrum, Greenport Aalsmeer, Greenport Nederland, Vereniging voor duurzame ontwikkeling, Provincie Overijssel, Provincie Noord-Brabant, Provincie Noord-Holland, Provincie Friesland en de gemeente Almere. Het project is onderdeel van het programma De Groene Agenda 2020 – 2023 en wordt gefinancierd door de Topsector Tuinbouw en Uitgangsmaterialen. 

Meer weten over het project, neem contact op met Jolanda maas (jolanda.maas@vu.nl) of Nicole van den Bogerd (n.vanden.bogerd@vu.nl) van de Vrije Universiteit Amsterdam.

Waar kun je beter je overvolle hoofd leegmaken dan buiten. Buiten wordt in deze tijd opnieuw ontdekt; de natuur blijkt een fijne uitlaatklep te zijn, na met elkaar tussen de muren te hebben gezeten. De natuur werd zelfs overlopen om even uit te waaien, massaal stortten we ons op de bospaden en de stranden. 

Je hoeft niet ver weg om van de natuur te genieten. Kijk eens naar het kleine, dat wat heel dichtbij is, naar het gewone en dagelijkse wat je altijd om je heen hebt. Laten we daarom de natuur in het klein, op de vierkante meter, herontdekken. Neem een meetlint mee en meet 1.5 meter in het vierkant uit. Leg stokken of touwen erom heen zodat je ‘eigen’ plekje is  afgebakend. 

Laat je kind in of naast het vierkant plaats nemen. Samen kun je bekijken wat er allemaal te zien is. Laat je kind benoemen wat het ontdekt. Een plekje op de stoep levert heel wat anders op dan een grasveldje of een natuurgebiedje natuurlijk, maar kan ook best interessant zijn. Met een vergrootglas erbij is het nog een mooiere verwonderwereld: een jungle in het klein. 

Het kleine, het kwetsbare leven op deze 1,5 meter, draagt ook bij aan onze aarde. Leer je kind dat alles met elkaar verbonden is. Wij met elkaar en de natuur met ons, wij zijn onderdeel van deze natuur. Laten we ons daarom verwonderen, ook en vooral om wat heel dichtbij is, de natuur is ons grootste goed.

Ity Busstra

Verslag studiedag over Spelen, Huis de B, 8 mrt 2020, Groningen

Huis de B, kinderopvangorganisatie in Groningen, presenteert op deze studiemiddag met enthousiasme en élan haar nieuwe koers voor 2020-2025:
‘Kinderen moeten mogen spelen. Grote mensen bieden hier ruimte voor.’ De bijeenkomst is levendig en inspirerend door workshops van Judith Stolwijk (sportpedagoog), Ellen
Emonds (onderwijsexpert), Shelly Newstead uit Engeland (PARS Playwork) en een lezing van Joke Hermsen (filosoof en schrijfster). De sfeer is die van het delen van ervaringen en samen zoeken naar wat nodig is voor spelen. Wat is de rol van volwassenen bij het spelen van kinderen?

In haar workshop over ‘Risicovol Spelen’ vertelt Judith Stolwijk dat in deze tijd kinderen nauwelijks meer hun fysieke grenzen leren kennen. Laat staan dat ze op zoek kunnen gaan naar manieren om die grenzen te verkennen. Oorzaak daarvan is de overal aanwezige angstcultuur en nadruk op veiligheid in de volwassen maatschappij, ook te ervaren in BSO’s .
Via foto’s beoordelen wij als deelnemers bepaalde situaties op de graad van risico die we zelf ervaren.  We zien mountainbikers op een steile berg en kinderen die parapenten. Maar we gaan ook fysiek aan de bak: in de gymzaal van een nabije school staan allerlei situaties voor ons klaar (zie de foto bij dit artikel). We worden uitgenodigd om onze eigen grens te zoeken en dan een heel klein stapje verder te gaan. In enkele minuten verandert de gymzaal in een ruimte met zoekende, aarzelende, spelende en plezier makende volwassenen.
Kinderen weten volgens Judith van nature heel duidelijk en helder ‘Dit is mijn grens.’ Het vaak oefenen met het beoordelen van risico’s leert kinderen om op een gezonde manier risico’s te nemen. Daaruit ontwikkelt zich veerkracht als belangrijke eigenschap. De rol die volwassenen kunnen spelen voor Risicovol Spelen is: Zorg dat een kind geen last heeft van jouw angst in een situatie. ‘Met een beetje risico komen we er wel.’

Ellen Emonds laat zien wat het effect is als je kinderen een leeromgeving aanbiedt die aansluit bij wat ze kunnen en hen tegelijkertijd uitdaagt. Vanuit welzijn en betrokkenheid kunnen ze dan hun leerstappen zetten. Er moet een balans zijn tussen de moeilijkheid van de activiteit en de competenties van een kind. Zo kun je ervoor zorgen dat het niet te makkelijk wordt, dan ervaart een kind verveling en somberheid, maar ook niet te moeilijk, dat geeft faalangst en onrust.
Wat nodig is, is het bieden van een rijke leeromgeving met ruimte voor initiatief. Door variatie in de omgeving kunnen kinderen de ruimte voelen om te ontdekken. De begeleidersstijl die hierbij hoort vraagt veel observeren en vaker ‘op je handen zitten’ en ‘minder doen’.
Een kind heeft van nature creativiteit, ondernemingszin en communicatieve vaardigheden. ‘Het enige wat je hoeft te doen is dit steunen, stimuleren en nieuwe mogelijkheden creëren’.

Voor Shelly Newstead (UK) is duidelijk dat kinderen andere ervaringen nodig hebben dan volwassenen. Haar benadering PARS Playwork geeft een manier van werken met kinderen die het vrije spel bevordert. Wat kinderen nodig hebben is meer ‘volwassenvrije tijd en ruimte’. Haar benadering geeft kinderen concreet meer tijd en ruimte om kind te zijn in de volwassen maatschappij.
In Engeland bestaan al 70 jaar de zogenoemde ‘Adventure Playgrounds’. Dat zijn plekken waar kinderen samen kunnen komen met elkaar en echt kunnen doen wat ze zelf willen. We zien een filmpje uit de archieven: kinderen zonder volwassenen in de buurt, die rondrijden op zelfgemaakte voertuigen, die hutten timmeren, die rondcrossen en een aankondiging van een ‘adult free BBQ’ en nog veel meer. Beelden van creativiteit, plezier en samenwerking. 

Begeleiding door een PARS Playworker geeft een speciale invalshoek: handelen om vóór kinderen en namens kinderen dingen mogelijk te maken, en niet zozeer handelen ‘samen met’ kinderen. De Playworker is terughoudend als volwassene en maakt zichzelf eigenlijk onzichtbaar, zodat kinderen hun eigen tijd en ruimte kunnen ervaren.  Als kinderen op de Playground binnenkomen gaat het bijvoorbeeld om: ‘Waar hebben ze vandaag zin in?’ De Playworker heeft slechts een rol in het zorgen dat er materiaal aanwezig is of in het uitleggen waarom het er niet is. Kinderen zijn zelf de experts in spelen. Het PARS Playwork model geeft een verdere basis voor deze aanpak. ‘Zo kunnen kinderen meer plezier hebben en meer genieten van hun kindertijd.’

Als afsluiting van de middag houdt Joke Hermsen een lezing over tijd. Zij heeft aandacht voor een speciale ‘tijd’, namelijk de tijd die je ervaart als je helemaal ergens in opgaat en eigenlijk de tijd vergeet. Tijd van mijmeren en dagdromen. Ze laat zien dat we hieraan nauwelijks meer toekomen omdat in ons bestaan tijd naar de uitdrukking ‘Tijd is Geld’ een doelgerichte en economische invulling heeft gekregen.
Rust ervaren is een voorwaarde om terecht te komen in die speciale tijd van helemaal ergens in opgaan en de tijd vergeten. Deze speciale tijd is noodzakelijk voor het krijgen van nieuwe ideeën, voor het aangaan van veranderingen, voor het ontwikkelen van empathie en in elke pedagogische situatie. In een gloedvol betoog neemt Joke Hermsen ons mee.

Met de nieuwe missie ‘Samen spelen, samen leren en van alles uitproberen’ gaat Huis de B op avontuur. De inhoud van deze middag krijgt in de toekomst verder vorm in de dagelijkse praktijk. Deze bijeenkomst was een mooi en inspirerend startpunt.

Websites:

Huis de B              www.huis-de-b.nl
Judith Stolwijk       judithstolwijk.org
Ellen Emonds         tweemonds.nl
Shelly Newstead    www.commonthreads.org.uk
Joke Hermsen       www.jokehermsen.nl

Auteur:

Joleen Schipper (regioconsulent Springzaad Utrecht)

Niet wetend wat er op ons af zou komen onderstreepte ik in de vorige Nieuwsbrief het belang van biodiversiteit en het behoud van heemsoorten in onze directe leefomgeving: in de berm, het plantsoen en aan de slootkanten. “Niet alles kan” gaf Remkes in zijn stikstof rapport aan en nu vanuit de corona beperkingen wordt de lucht boven Nederland steeds schoner. Ook voor ons geldt nu meer dan ooit “terug naar de basis” ofwel sla je worteltjes extra stevig in de grond onder je voeten!

Het kind bestaat uit honderd…..

Het is zonnig en fris en de lente lokt velen van ons naar buiten. Gelukkig trekken de vroegbloeiers zich niets aan van onze hectiek: het speenkruid staat te glanzen in de zon en ik zie aan de slootkant de gele dotters in bloei staan samen met allerlei variaties in groen zoals het blad van het fluitenkruid, de smeerwortel en de jonge brandnetels. De kikkerdril van maart zet zich om in een belofte naar de maand april omdat het s` nachts nog te koud is. De onderbegroeiing tussen de bomen grijpt haar kans zolang de knoppen nog geen bladeren zijn: ik zie lenteklokjes, bosanemonen en hyacinten die hun frisgroene blad en kleurrijke bloemen parmantig door het ritselende droge herfstblad van vorig jaar heen priemen. De lente gaat door ….en de heemsoorten leren ons over de continuïteit en de kracht van natuurlijke verbindingen. Alles is verbonden met elkaar: ode aan de groeikracht. 

En juist het vertrouwen in de continuïteit van deze groeikracht brengt mij terug bij mijn cliffhanger uit de vorige Nieuwsbrief: “Hoe zit het eigenlijk met de biodiversiteit bij onze kinderen…? Is hier ook sprake van een “verkeerd maaibeleid” en dreigen wij anno 2020 de variatie aan soorten kwijt te raken? Waarom nemen wij de heemsoorten niet als voorbeeld voor een pedagogiek van originaliteit en dus biodiversiteit. Alles is met elkaar verbonden, de natuur heeft namelijk een oplossing voor alles. 

Elk vogeltje zingt zoals het gebekt is, vliegt van nature zijn eigen flow. Zo kijk ik ook naar kinderen en door de natuur van jongs af aan dichtbij te houden neemt elk kind de logica van flora/ fauna mee in zijn of haar ontdekkingstocht. Legt dwarsverbindingen met al wat levend is en volgt de natuur die immers van nature al in de flow zit. Kinderen nemen waar en handelen tegelijkertijd: zij begrijpen met hun handen. Zintuigelijke ervaringen die vanuit heelheid met het hele lichaam beleefd worden: Unmittelbar. 

Kijk eens door de ogen van het kind op de foto en stel je voor dat je dit allemaal voor het eerst ziet- hoort- voelt- ruikt…. waar ga je op af en ben je nieuwsgierig naar? Hoe benader je die vreemde geweldig fascinerende wereld als je alleen nog maar vanuit je zintuigen kunt ervaren?  Op een kinderdagverblijf zie je verschillen en vanaf het begin kun je temperament en talenten onderscheiden. 

Lees het gedicht van Loris Malaguzzi- Italiaanse pedagoog maar eens, ik kan niet beter uitleggen dan hij wat ik bedoel met biodiversiteit bij kinderen! 

Het kind bestaat uit honderd….. 

Het kind heeft honderd talen 

honderd handen 

honderd gedachten 

honderd manieren van denken van spelen, van spreken. 

Honderd, altijd weer honderd 

manieren van luisteren 

verwonderen en liefhebben 

Honderd vreugden 

om te zingen 

te begrijpen 

Honderd werelden 

om te ontdekken 

Honderd werelden 

om te verzinnen 

Honderd werelden 

om te dromen. 

Het kind heeft honderd talen (en nog honderd honderd honderd meer) 

Maar ze pakken er negenennegentig af. 

De school en de samenleving 

scheiden het hoofd van lichaam 

Zij zeggen tegen het kind: 

dat hij zonder handen moet denken- 

zonder hoofd moet handelen- 

moet luisteren en niet praten- 

Moet begrijpen zonder vreugde. 

En alleen met Pasen en met kerst 

Mag lief hebben en verwonderen. 

Ze zeggen tegen het kind: 

Ik geef je de al ontdekte wereld 

en van de honderd pakken ze er negenennegentig af. 

Ze zeggen tegen het kind: 

Dat werk en spel 

realiteit en fantasie 

wetenschap en verbeelding 

hemel en aarde 

verstand en droom 

dingen zijn 

die niet bij elkaar horen. 

En dus vertellen ze het kind Dat de honderd er niet is. 

Het kind zegt: ZEKER DIE IS ER WEL!

Loris Malaguzzi

Ik wil een lans breken voor originaliteit (lees: biodiversiteit) bij kinderen: spil van vrije gedachte, elk mensenkind onmiskenbaar zichzelf. Of om met een quote van “Loesje” te eindigen: het leven is vallen en opstaan en tussendoor leren koprollen. 

NB: Ron Fouchier en Marion Koopmans plaatsen in een speciale uitzending van Tegenlicht virussen in een breder verband. Zeer de moeite waard om terug te kijken. Virussen zijn namelijk de oorsprong van al het leven, maar hoe verhoudt zich dit tot deze wereldwijde pandemie?

Lees en kijk ook: 

  • vpro/tegenlicht.nl ( speciale uitzending d.d zondag 22 maart) 
  • Janine Benyus: www.biomimicrynl.org/wat-is-biomimicry.html
  • “Frederik de Muis”-ontdekte dat hij het allemaal anders moest doen dan de andere muisjes. 

Tekst en foto: Jeanette van der Meulen

Op het terrein van Landgoed Bredius te Woerden is een groot voormalig speelveld omgevormd tot een golfende natuurspeelweide met verschillende waterstromen en afwisselende heuvelpartijen. Een enthousiaste groep vrijwilligers van de Stichting Landgoed Bredius begeleidde het traject trouw en actief door alle uitdagende fases heen. Nu moeten zij de nieuwe speelplek ook nog verdedigen tegen het aanstormende publiek dat, in deze tijd van afstand houden, de speellust, die in het voorjaar extra opborrelt, nog een poos moet bedwingen.

Landgoed Bredius ligt in het centrum van Woerden op 5 min loopafstand van het station. Het gebied bestaat uit een grote variatie aan deelgebieden, overlopend van een overwegend cultuurgebied in de zuidelijke helft tot een overwegend natuurgebied in de noordelijke helft, met o.a. oude fruitboomgaarden, graslanden, sloten, bomenlanen, een stiltegebied en een historische moes- en pluktuin. In het gebied ligt ook het NME-Centrum ‘InBredius’ met een educatieve tuin. Eens in de maand komt hier de IVN jeugdnatuurclub De Buitenbanjers bijeen, een groep jongens en meisjes van 7 t/m 12 jaar onder leiding van ecoloog André van Kleinwee.

De oorsprong van Landgoed Bredius ligt in 1824. In 1970 werd het gebied deels aangekocht, deels onteigend door de gemeente Woerden. Een groot deel van het voormalige landgoed werd een gemeentelijk park. Op andere delen kwam bebouwing, een zwembad en een camping. De actiegroep ‘Kerngroep Bredius’ heeft, vaak met succes, gemeentelijke plannen voor wegen en bebouwing tegengehouden. In 2012 zette de Kerngroep het burgerinitiatief Brediuspark in gang om samen met de organisaties in het park (IVN, KNNV, het NME-centrum), de buren, zoals de dierenweide  en de camping, en betrokken burgers te komen tot een plan voor het behoud en de versterking van het landgoed. De Koninklijke Nederlandsche Heidemaatschappij (KNHM) en Arcadis ondersteunden dit proces en het resultaat was ‘Paradijs in de Stad’, een ruimtelijke visie voor herstel en duurzaam beheer van het landgoed. Op 31 maart 2014 is de ‘Stichting Landgoed Bredius’ opgericht. Deze stichting heeft per 1 januari 2015 het beheer van een groot deel van het landgoed overgenomen van de gemeente Woerden. De Stichting werkt daarbij nauw samen met de betrokken organisaties en veel vrijwilligers, die zich met veel enthousiasme inzetten voor verbetering en behoud van het landgoed voor de toekomst. Het eerste project, dat de Stichting oppakte was het herstel van de hoogstamfruitbomen. Daarna volgden de aanleg van de historische moes- en pluktuin, het omvormen van het arboretum tot een aantrekkelijk wandelgebied en de aanleg van een natuurspeelweide.

In het voorjaar 2017 ging de Stichting op zoek naar een ontwerper voor de natuurspeelweide. In oktober 2018 is een maquettebouwworkshop gehouden op de plek van de toekomstige natuurspeelweide, waarbij prachtige ideeën zijn verzameld onder de kinderen uit de omgeving. De uitkomst van de workshop en het programma van eisen van de Stichting hebben geleid tot een eerste schetsontwerp en met struikelen en opstaan (en wat koprollen tussendoor 😉 lag er eind 2019 een definitief ontwerp, waarin iedereen zich kon vinden.

Het lot voor de uitvoering is gevallen in de handen van het bedrijf Multi-tuin en landschap (www.multituin.nl) uit Driebruggen. 

Gestart met een goede partij modderpret in de natte periode van februari 2020 tot de dagen waarin directievoering alleen op veilige afstand plaats kon vinden, is het werk nu af.

Op donderdag 30 maart kon het meest spannende moment van de aanleg namelijk de doorsteek van de werkdammen die het water nog terug hielden, slechts door een klein groepje grote en kleine kinderen met keurige onderlinge afstand bewonderd worden….

Een groep bezielde en bezielende vrijwilligers van het landgoed begeleidde het hele traject met groot enthousiasme, vertrouwen en inzet. Ze hebben al lang voor het werk begon bouwhout verzameld,  later geweldige takkenrillen gelegd, geven nu ijverig water aan de nieuwe struiken en bomen en beschermen het gebied dapper tegen de golf aan enthousiaste kinderen en ouders uit de omgeving, voor zolang de crisis daarom vraagt.

Nu is het geduldig wachten op het moment, dat we veilig en feestelijk de natuurspeelweide officieel kunnen en mogen openen.

Auteur: Aardrijk | Sigrun Lobst met gebruik van teksten van de website en met dank aan Rinie Blauw voor tekst en foto.

De waterspeelplek met handpomp en zonnepaneel
De dam is doorgestoken, het water verovert de speelsloten