Wil je meer weten over het werk van het Springzaad expertisenetwerk Regionale consulenten of ben je geïnteresseerd om deel te nemen, neem dan contact op met het secretariaat.

Bijeenkomst Expertise Netwerk Groene Schoolpleinen en Regioconsulenten  

We beginnen deze aanvankelijk grijze maar droge vrijdagmiddag 29 september in Zaandijk met een rondleiding van Marc over de buitenplaats van basisschool Het Schatrijk in Zaandijk. 

We zijn allen speelnatuur consulenten en lopen met die achtergrond en insteek over het in gedeelten aangepakte schoolplein. Jan de Vries die vanaf begin betrokken is bij de aanpak en daadwerkelijke uitvoering van het school’plein’ is aanwezig en licht het e.e.a. toe. Het is vrijdagmiddag een groep kinderen is met een begeleider naast het terrein van de school een vuurtje aan het stoken, om houtskool te maken. Een volgende vrijdagmiddag gaan ze hiermee aan het tekenen.  

We discussiëren aan de hand van een praktijksituatie hoe je het zou aanpakken, met het oog op speelveiligheid en acceptabele risico’s. Het dilemma van gebruik van water op het terrein, om mee te spelen is ook een onderwerp van het gesprek. 

De boeiende gesprekken en uitwisseling van ervaringen en inspirerende voorbeelden zetten we binnen voort. Er komen boekentips en mooie praktijkvoorbeelden van aanpak aanleg en vervolgen heel belangrijk onderhoud van een aangelegde groene buitenruimte voorbij.

De zakelijke kant van deze dingen, samenwerking met partners onderling maar ook met andere organisaties. Wat vinden we daarvan, hoe staan we erin. Wat willen we uitdragen, waarin onderscheiden we ons.

Vooral ook: Hoe betrekken we kinderen en ook ouders leerkrachten betrokken bij de trajecten. 

Hoe krijgen we ze gemotiveerd om eraan mee te werken en wellicht te onderhouden, ermee te spelen kortom: al het groens ‘tussen de oren’. 

Maak een buitenruimte die aantrekkelijk is om te gebruiken voor de lessen. Veel aanbod, van van alles zodat er voldoende aanleidingen zijn om weer een lesje aan te koppelen. 

Fantaseer er op los, wat betreft het beginstadium (voor aanleg) Met name in ontwerp kan alles, daarna kijken we wel of het iets praktischer opgelost moet worden (realisatie). Vooral veel diversiteit in ideeën brengt het tot een rijk plan. Realiseer het met aandacht, gevoel en veel handen als het even kan. Grote betrokkenheid en groeiend besef maakt dat de kans op slagen, nl. dat het gebruikt gaat worden, gaat leven en in stand wordt gehouden (onderhoud) groter. 

Een geslaagd groenblauwe buitenruimte is nooit AF natuurlijk, het groeit en ontwikkelt. 

Met het aanleggen van meer groenblauw en aanleidingen voor spel, begint het pas! 

Gebruik met het door ontwikkelen en de lessen van alles wat voorbijkomt, de seizoenen, dieren, planten en beweeg er vooral heel veel bij!

Samen zorgen voor fijne omgeving om te verblijven, om in te werken en te spelen.

Op zaterdag 7 oktober werd voor de tweede keer de Rob Leopold & Hein Koningenprijs uitgereikt. Deze wisseltrofee is bedoeld voor vernieuwende initiatieven in het natuurrijke groen. 

De prijs ging ditmaal naar kunstenaar Chantalla Pleiter. Zij zet nieuwe media in om andere, nieuwe doelgroepen te bereiken. Met haar project ‘Biodiversity in Augmented Reality’ laat zij planten hun eigen verhaal vertellen. Op aanstekelijke wijze maak je kennis met de veelzijdigheid van de natuur. Deze vorm is heel geschikt om ook jongeren te bereiken en hen het belang van biodiversiteit te laten ervaren. De prijs bestaat uit een beeldje, gemaakt door Hester de Beus en en ditmaal, heel toepasselijk, het boek Flora Batava.

De prijs is genoemd naar Rob Leopold (in 2005 overleden schrijver, dichter, filosoof en inspirator van onder meer natuurtuinen) en Hein Koningen (voormalig hoofd van het Amstelveense heemgroen en oud-voorzitter van Stichting Oase). Beiden hebben, elk op hun eigen wijze, een grote bijdrage geleverd aan het denken over, stimuleren en realiseren van natuurrijke tuinen en parken. De Rob Leopold & Hein Koningenprijs wordt uitgereikt aan jonge mensen die de natuurrijke leefomgeving op bijzondere wijze bevorderen.

In 2018 werd de prijs voor de eerste maal uitgereikt aan Jasper Helmantel en Jojanneke Bijkerk van de Cruydt-Hoeck. Zij ontwikkelden  groot sortiment wilde plantenzaden en wilde planten, beschikbaar voor professionals en particulieren. Samen met hun team adviseren zij over de toepassing van inheemse planten. Ook stimuleren zij allerlei initiatieven op het gebied van biodiversiteit.

De prijs werd ditmaal uitgereikt tijdens de tweede Oase Netwerkdag. In het Oase Netwerk werken organisaties samen die zich bezighouden met de natuurrijke leefomgeving. Dit zijn Vakgroep Wilde Weelde (ecologisch hoveniers en ontwerpers), Stichting Springzaad (speelnatuur), Samenwerkende Natuurrijke Tuinen en Parken (SNTP) en Stichting Oase (o.a. uitgever tijdschrift Oase). Door kennis te delen, scholing en gemeenschappelijke activiteiten aan te bieden, werken zij samen aan meer biodiversiteit in de woonomgeving.

Text: Jeanette Vermeulen

Wie kent het boekje “ Wij gaan op berenjacht” niet? Er is inmiddels een hele generatie mee opgegroeid. De wat oudere kinderen lezen het nog wat graag voor aan de jonkies, die er geen genoeg van kunnen krijgen. Vooruit… één coupletje dan, gewoon omdat het zo leuk is. 

Wij gaan op berenjacht

We gaan een hele grote vangen

Wat een prachtige dag!

Wij zijn niet bang. 

O jee! Een rivier!

Een diepe koude rivier

Wij kunnen er niet bovenover

Wij kunnen er niet onderdoor 

O nee! 

We moeten er dwars doorheen. 

Plenserdeplons!

Plenserdeplons!

Plenserdeplons!

Dit piepkleine verhaaltje waarin vier kinderen met hun vader op berenjacht gaan, is één groot pleidooi om buiten gebaande paden te gaan. Nergens een richtingaanwijzer, een weg, een pad of een brug … “O nee! We moeten er wel dwars doorheen!” En dat betekent  sneeuwstormen, kolkende rivieren en een diep donker woud trotseren. Uitproberen en nieuwsgierig zijn naar het onbekende, obstakels overwinnen  en samen een unieke ervaring opdoen. Een krachtig verhaal in een notendop. 

Kinderen zijn van nature nieuwsgierig, als een kind niet onderzoekt is het ziek. Van jongs af aan is het sowieso een ontdekkingstocht die vreemde nieuwe wereld in. Onderzoek zit ons dus allemaal in het bloed. De kunst echter is dit als belangrijkste vaardigheid centraal te blijven stellen, zowel thuis als in het onderwijs. Niet alleen als privilege voor de hoogbegaafde “plus-klassers” maar als basisrecht voor ieder kind. Vertrouwen krijgen in eigen logica en interesse en van daaruit unieke vragen leren formuleren.  Dit zou de speelse rode draad kunnen  zijn om de groter wordende wereld te omarmen en dit vervolgens in de volwassenheid nooit meer los te laten! 

Eeuwenoude verhalen: 

Kom, ik neem jullie mee op “Berenjacht” Naturalis in. Groep 8 heeft zich aangemeld voor de workshop “BewIJstijd” en schuifelt nieuwsgierig door de draaideuren naar binnen. Voordat wij naar de zaal IJstijd gaan, laten wij de kinderen de laatste vondst zien in de zaal Live Science. Nog maar twee maanden geleden, tijdens een bezoek aan de Marker Wadden, vond een meisje daar een eeuwenoud bot van een grottenleeuw in het zand. En kijk, daar ligt dat bot zo maar in de vitrine, eeuwenoud en Naturalis mocht het houden. Wauw… hebben hier in Nederland echt grottenleeuwen en mammoets rondgelopen?  Dan wordt het in één klap interessant en actueel en staat groep 8 open om op  “ Berenjacht”  te gaan in  Naturalis. 

Op naar de zaal IJstijd dan maar! Centraal prijkt een grote maquette, waarin zichtbaar is hoe Nederland er met een totaal ander ecosysteem 30.000 jaar geleden uitzag. Toen de Noordzee droog lag, ons landje een toendra was zonder bomen en onderdeel van de poolwoestijn die zich van Engeland tot en met Oost Siberië uitstrekte. Toen het ijs begon te smelten. stroomde de Noordzee weer vol, de Rijn had de loop van de huidige IJssel en de Maas was een grote stroom smeltwater waar kudden mammoets doorheen stampten.   

Rondom de maquette staan complete skeletten opgesteld van een mammoet, reuzenhert, grottenleeuw, wolharige neushoorn en een steppenwisent. Door de studenten paleontologie op Live Science bewerkt en in elkaar gezet  vanuit eerdere vondsten.  

De vragen van de kinderen buitelen over elkaar heen en worden veelkleuriger. Binnen een half uur zijn eeuwenoude verhalen springlevend en is de grond onder hun voeten definitief wakker geschud. 

Nieuwe verhalen: 

Wordt gezocht: nieuwe krachtige verhalenvertellers. Ik zie ik zie wat jij niet ziet …en wat zie jij? Niet langer gebaande paden of weetjes van internet plukken. Maar kinderen uitdagen zich vanuit authenticiteit een persoonlijke zoektocht toe te eigenen. Niet op zoek naar de spelregels maar nieuwsgierig naar wat je niet weet en aanhaken op de originele natuurlijke verbindingen. En echt die antwoorden vind je niet op internet, maar daarvoor moet je zelf op pad. Waarheden van nu kritisch onderzoeken, afpellen, bekijken en herijken. En dan kan het wel eens zijn dat de mogelijkheden elk voorstellingsvermogen te boven gaat en de nieuwe verhalenvertellers al actief zijn: 

  • Zoals de ekster, die op het dak van een Antwerps ziekenhuis de anti- vogelpinnen gebruikt om zelf een nest te maken, waardoor ongenode gasten zijn eieren niet meer uit het nest kunnen pikken. Dit nest wordt tentoongesteld in Naturalis. 
  • Zoals een unieke ontmoeting met ‘s werelds eerste officiële cyborg Neil Harbisson. Geboren met volledige kleurenblindheid heeft hij een antenne ontwikkeld en stevig op zijn schedel laten bevestigen. Met behulp hiervan zet hij kleuren om in tonen en kan hij zelfs infrarood en ultraviolet waarnemen. Hierdoor geeft Harbisson aan een sterkere verbinding met de natuur te kunnen leggen en zich beter te kunnen identificeren met dieren en planten. Jongeren tussen 12-18 jaar kregen 17 september in Naturalis de mogelijkheid hem hierop te bevragen. 
  • Zoals de jaarlijks terugkerende Dutch Design week met het thema “Picture This” ons voorstellingsvermogen wil masseren met voorbeelden hoe het anders kan als het anders moet.  

Wie gaat er mee op berenjacht?

Wat een weelde, eindelijk kunnen wij op expeditie. Wat een prachtige dag- wij zijn niet bang. We kunnen er niet bovenover We kunnen er niet onderdoor O nee! We moeten er wel dwars doorheen!  

De waarde van een buitenleslokaal

Het eerste buitenleslokaal, waar leerkrachten in de buitenlucht les kunnen geven, is een feit. In opdracht van de provincie Noord-Brabant heeft Petra Wevers, groencoach van KrachtigBuiten, dit bedacht. Voor het ontwerp werd samenwerking gezocht met architect Daan Bolier (Bolier Architecten).

Petra Wevers maakt zich sterk voor het buitenlesgeven als onderdeel van het dagelijks onderwijs en begeleidt scholen om hun schoolplein te vergroenen. Het is haar wens, als groencoach van KrachtigBuiten, dat scholen zo gemakkelijker en dus meer, zelfs in diverse weersomstandigheden, buiten lesgeven. 

In het voorjaar schreef Schoolpleinen van de Toekomst een prijsvraag uit. Alle Brabantse scholen mochten meedoen. De belangstelling was groot, 70 inschrijvingen maar liefst. Tijdens de Nationale Buitenlesdag kregen de kinderen van de Eindhovense Wethouder van Eupenschool te horen dat ze het buitenleslokaal hadden gewonnen. Reden voor veel gejuich op het schoolplein en een extra leuke buitenles met Zapp presentatrice Janouk Kelderman. Het buitenleslokaal is uiteindelijk eind zomervakantie gebouwd. 

Het ontwerp van het buitenleslokaal is duurzaam en natuur-inclusief. Het is ‘n deels overkapte buitenlesplek die opgaat in het groene schoolplein en voldoet aan de uitgangspunten van ‘Schoolpleinen van de Toekomst’: Avontuurlijk, Natuurlijk, Klimaatbestendig en Gezond. 

Daan Bolier heeft de ideeën van Petra Wevers vertaald in dit cafetariamodel. Door de manier van schakelingen van daken, in de vorm van een blad, ontstaan er een of meerdere overdekte centrale buitenruimtes waar kinderen beschut tegen zon, wind of regen buiten educatief bezig kunnen zijn. Zo heeft een school de keuzevrijheid om naar behoefte het buitenleslokaal te bouwen op hun schoolplein. Dit ontwerp heeft ook een leerkrachtenmeubel, met afsluitbare kast en spoelbak. dat is aangesloten op water en elektra. 

De banken zijn van opgestapelde, verlijmde oude stoeptegels en aangevuld met zitjes van boomstammen. Ook zijn er een krijtbord en een educatiebord,  met de zoekplaat “Ontdek de dieren op en rondom het schoolplein’, gemonteerd. Natuurillustrator Jasper de Ruiter heeft dit educatiebord ontworpen waarop de dieren staan die  onder begeleiding van Petra met kinderen van de Wethouder van Eupenschool bij elkaar zijn gespeurd. Ook heeft Petra Wevers met twee leerlingenraden gesproken over het ontwerp. Daaruit kwam het  idee naar voren om  buitenleskussentjes voor op de stenen banken te maken van oude boodschappentassen met natuurprints.  Atelier UnIK uit Breda heeft dit idee uitgevoerd. 

Voor deze pilot werd door Woetz Speeltoestellen een bouwpakket geleverd, met vier dakdelen, robinia palen en een leerkrachtenmeubel met afsluitbare kast met spoelbak en tafelblad.  Uitvoerder Martijn Beljaars, van Braat Groenbeleving, heeft dit bouwpakket ter plekke in elkaar gezet.  

Het buitenleslokaal is klimaatbestendig, omdat het kostbare regenwater wordt opgevangen door het groene dak en het overige regenwater in een regenton. Ook draagt dit bij aan meer biodiversiteit door de keuze van beplanting op het groene dak en de klimplanten die langs de robinia palen omhoog groeien. Het groene dak en later het begroeide pergola dak zorgen voor verkoeling tijdens warme zomerdagen. 

Deze buitenlesplek is een inspirerend voorbeeld voor andere scholen die meer met de buitenruimte van hun school willen doen. Het is een plek waar kinderen op een speelse en educatieve manier in de frisse buitenlucht kennis en ervaringen op kunnen doen met natuur, maar waar ook zeker andere lessen in passen, waar ontdekkend en bewegend leren mogelijk is. IVN Natuureducatie maakte het buitenleslokaal compleet met een leskist en een scholingstraject ‘Je buitenruimte als rijke leeromgeving’. 

Dit buitenleslokaal wordt rond de herfstvakantie feestelijk geopend in aanwezigheid van vertegenwoordigers van de gemeente Eindhoven en provincie Noord-Brabant

De technische tekeningen van het buitenlokaal zijn gratis te downloaden op de site van ‘Schoolpleinen van de Toekomst’.  Petra hoopt dat veel scholen hiervan gebruik gaan maken. Als groencoach begeleidt zij de scholen graag bij het tot stand komen bij het verdere vergroenen en realiseren van een buitenleslokaal op het schoolplein. U kunt hiervoor contact met haar opnemen via www.KrachtigBuiten.nl .

Zie hier een publicatie van de Provincie Noord-Brabant: 

https://www.brabant.nl/actueel/nieuws/natuur-en-landschap/2023/wethouder-van-eupenschool-eindhoven-wint-buitenleslokaal

En dit in de nieuwsbrief van Natuur en Samenleving. Helaas staat hier dat het al geopend is, maar dat vindt later plaats als het educatiebord is geplaatst, de banken gelijmd zijn en de kussentjes geleverd. 

Tekst: Petra Wevers en Ity Busstra


Dit artikel is bedoeld voor iedereen die met kinderen naar buiten gaat om samen van alles te ontdekken in de natuur.

Eten en gegeten worden

Wat denk jij als er een mug op je arm landt? Ben je dan net zo blij als bij het zien van een vlinder? Vast niet! Want die mug steekt jou om bloed te kunnen zuigen en vlinders drinken nectar uit bloemen. Veel mensen vangen slakken omdat ze hun tuinplanten eten, maar voeren wel de vogels die in hun tuin leven.  

We kijken vaak naar dieren met een ‘mensenbril’, logisch want we zijn mensen. Maar als je het eens anders probeert, blijkt ieder dier en iedere plant belangrijk te zijn. Ze hebben allemaal hun plekje in het grote geheel waar het draait om eten en gegeten worden. De een kan niet zonder de ander. 

De rupsen die groot worden door het eten van bladeren, zijn zelf voedsel voor allerlei jonge vogels. 

Ontdek het! 

Planteneters

Ga samen op zoek naar dieren die planten eten. Kijk goed naar de verschillende soorten planten in je omgeving. Zie je daar vraatsporen aan de bladeren? Zo ja, zie je ook de dieren die ervan eten? Kijk ook goed onder de bladeren. Vaak zijn die dieren alweer weg: verpopt, zoals rupsen doen, om vlinders te worden of weggekropen in een donker hoekje zoals veel slakken de dag doorbrengen. Dan zie je alleen nog bladeren vol gaten en gaatjes. Maak je geen zorgen, die planten kunnen er tegen. Zelfs als er hele takken of complete struiken zijn kaal geknaagd, zoals je in het voorjaar ziet bij de kardinaalsmuts, maken ze gewoon weer nieuwe bladeren. 

Dieren die je meestal wel goed kunt bekijken zijn bladluizen. Die zitten met z’n allen op  jonge stengels en knoppen en leven van de plantensappen. Je hebt verschillende soorten en kleuren bladluizen. Ook volwassen muggen leven van plantensappen. Alleen vrouwtjesmuggen steken om een paar druppels bloed op te zuigen. Die hebben ze nodig om eitjes te maken. Ze leggen hun eitjes in het water. Muggen zijn hoofdvoedsel voor libellen, vogels, vleermuizen en kikkers. En muggenlarven voor allerlei waterdieren: vissen, libellen- en keverlarven en salamanders bijvoorbeeld.  

Dan heb je ook de insecten die nectar drinken en stuifmeel eten of verzamelen zoals bijen, wespen, zweefvliegen en kevers. Terwijl ze de bloemen induiken, nemen ze stuifmeel mee op hun lijf en brengen dat naar andere bloemen. Zo zorgen ze voor de bestuiving en bevruchting van de bloemen zodat er vruchten komen.    

Vraatsporen van insecten in de bladeren en bloemen van de Gelderse roos.

Voedselketens

Alle dieren die planten, nectar of stuifmeel eten zijn zelf weer belangrijk voedsel voor andere dieren. Zijn er genoeg vogels in de omgeving dan zullen de rupsen nooit de overhand krijgen. Vogels eten zelf rupsen en voeren hun jongen met dit eiwitrijke voedsel. Ook bladluizen zijn hoofdvoedsel voor jonge vogels. Vaak zie je mezen en mussen alle planten in een tuin afzoeken naar malse luizen voor de hongerige jongen. Je weet vast wel dat lieveheersbeestjes en hun larven luizen eten. Vogels zoals lijsters eten graag slakken en ook egels zijn er gek op. Wist je dat er slakkensoorten zijn die zelf slakken eten, zoals de tijgerslak, een grote grijze naaktslak met een gevlekt lijf? Wormen zijn ook planteneters, zij leven van plantenresten en zijn een belangrijke voedselbron voor mollen, vossen en vogels. 

En dan de insecten die de bloemen bezoeken, zij worden weer gegeten door vogels, spinnen en libellen.

Bedenk met de kinderen zoveel mogelijk voedselketens zoals:

Plant -> slak -> zanglijster (vogel) -> sperwer (roofvogel)

Plant -> rups -> koolmees -> kat

Bloem -> bij -> libel -> vogel

Plant –> bladluis -> sluipwesplarve -> sluipwesp -> vogel

Deze sluipwesp legt een eitje in een bladluis. De larve die eruit komt eet de bladluis van binnen op. 

Voedselkringloop

Vertel de kinderen over de voedselkringloop. Dat is een ingewikkeld proces, maar komt, eenvoudig verteld, hier op neer: 

Planten zijn voedsel voor allerlei dieren, die zijn op hun beurt voedsel voor andere/grotere dieren en ook zij worden gegeten door roofvogels of roofdieren. Gaan die roofdieren dood dan wordt hun lichaam gegeten door vossen, kraaien en andere aaseters zoals aaskevers en vliegen. De laatste resten verteren met hulp van bacteriën en schimmels. Al die dieren poepen afvalstoffen uit en daarin zitten weer voedingsstoffen voor planten.  

Deze spin heeft een libel en een sprinkhaan gevangen. Ook veel sprinkhanen zijn planteneters. 

Activiteiten voor kinderen

1. Onderzoek

Eventueel nodig: vergrootglas. Bekijk planten in de omgeving en zoek naar opeters. Maak een lijst van welke dieren je ziet en wat ze eten.    

2. Teken voedselketens, teken een voedselkringloop 

Bedenk voedselketens en schrijf ze op. Maak er leuke tekeningen bij van de planten en dieren. Oudere kinderen kunnen ook een voedselkringloop tekenen. Laat ze eventueel voorbeelden zoeken op internet.

3. Filmpjes bekijken

Zie hieronder de website van schooltv.

Websites

www.schooltv.nl

Diverse filmpjes: ‘Sprinkhanen en krekels’, ‘Slakken’, ‘Soorten tuinslakken’, ‘De opbouw van een rups’, ‘De voedselketen’ – Van plant naar dier naar mens,  ‘De voedselketen’- Eten of gegeten worden, ‘Kringloop in het bos’, ‘De voedselkringloop’

Tekst: Marlies Huijzer

Foto’s: Martin Stevens, Ferry Siemensma